Hulpmiddelen nodig voor herkennen seksueel misbruik op school

17/10/2012 – DWT Filia Enser

Paramaribo - Leerkrachten hebben vaak moeite om te gaan met seksueel misbruik en sociaal-emotionele problemen. Vaak zijn ze bang voor de reactie van ouders.

Daarom zijn meer handvaten nodig voor het herkennen van dit soort zaken bij kinderen, concludeert Yvonne Karels-Helslijnen van Saga Interproject. Vorig schooljaar is een proefproject 'Alle kinderen naar school' uitgevoerd op 22 RK- en EBG-scholen.

 

Er waren 493 zorgmeldingen. Vermoedens van seksueel misbruik in het Voortgezet Onderwijs voor Junioren (VOJ) scoorden 24,5 procent, terwijl emotionele problemen 14,7 procent scoorden. Twaalf procent van de zorgmeldingen is doorverwezen naar sociale partners. Dit betekent dat het grootste deel binnen de school wordt opgelost. "Jullie hebben het goed gedaan", luidde het pluimpje voor dertig medewerkers Leerlingenzorg (MLZ'ers) op bijzondere scholen. Onlangs kregen zij een certificaat voor het succesvol afronden van de opleiding. De MLZ'ers, die ook leerkrachten zijn, hebben het verzuim in de gaten gehouden. Gebleken is dat kleuters vaker thuisblijven.

 

De doorverwijzingen in de laatste twee schoolkwartalen geven aan dat de behoefte aan externe zorg op het GLO en VOJ het grootst is. Karels-Helslijnen merkt op dat analyse van zorgsignalen uitwijst dat leerproblemen het grootste zorgpunt is op de basisscholen: 19 procent op de basisschool en 13 procent op het VOJ. Deze worden gevolgd door een combinatie van "snel afgeleid, bewegelijk, ongeïnteresseerdheid, druk gedrag en dromerigheid."

 

Mildred Demon, stichtingsdirecteur onderwijs EBG, en RK-directeur Ricardo Kenswil hebben intussen te kennen gegeven behoefte te hebben aan meer MLZ'ers. Niet alleen moet het verzuim op scholen omlaag, ook het aantal zorgmeldingen moet verminderen.

Naast het werkveld en Saga Interproject waren Bureau Leerplicht Amsterdam en Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling Amsterdam betrokken bij dit onderzoek.